- Hoe ben je bij de sport korfbal gekomen?
Door mijn ouders, zij zaten allebei op korfbal bij TOP, en als kind stond ik al langs de lijn. Uiteindelijk ben ik zelf gaan korfballen.
- Op welke leeftijd heb jij je kunnen onderscheiden van de rest?
Al best vroeg, ik heb bij TOP de jeugdselectie doorlopen. Ik heb altijd bij de eerste teams gezeten, en op mijn 17e kreeg ik een kans bij het eerste elftal. Dit kwam door blessures van andere spelers, en zo heb ik eigenlijk mijn kans gepakt.
- Hoe zijn de stappen gegaan naar het topkorfbal?
Ik heb bij TOP in de jeugdteams gespeeld, en zo ben ik eigenlijk doorgegroeid als speelster.
- Hoe is het om professioneel korfbalster te zijn?
Ik ben niet echt professioneel korfbalster, het is niet mijn baan. Ik heb een fulltime baan naast het korfballen, eigenlijk is korfbal een uit de hand gelopen hobby. In de corona tijd voelt het als een privilege dat ik mag sporten en ik geniet er keer op keer van.
- Wat heeft jou gemotiveerd om steeds het hoogste niveau te willen halen?
Bij de beste willen horen, en als je de kans krijgt om aan het hoogste niveau te ruiken, dan moet je daar volledig voor gaan. Ook het publiek motiveert enorm. Als kind zijnde wilde je heel graag in dat veld staan, en dat ik dat nu kan is echt geweldig.
- In 2014 heb je de Korfbal League gewonnen met TOP, kun je dit seizoen beschrijven? Hoe heb jij het seizoen beleefd?
Ik was helaas de vijfde dame, dus ik heb eigenlijk nauwelijks gespeeld in dat seizoen. Het traject ernaartoe was echt vet. Je merkte aan het team dat het een mooi seizoen was. De entourage er omheen was heel tof om zo mee te mogen maken.
- Wat merk jij het meeste aan jezelf nu je zonder echt publiek speelt?
Het vieren van een goal en de energie van een spannende pot moet je nu uit je team halen, wat je normaal gesproken krijgt van het publiek. Je merkt de emotie echt veel minder. In een vol huis is de beleving van een wedstrijd veel spannender.
- Wat vind je het opvallendst aan het sporten in het huidig coronatijdperk?
Er wordt van alles voor je geregeld. Er zijn veel regels, afspraken, speciale tijdstippen voor binnenkomst, we hebben een teststraat en we krijgen in de zaal plekken aangewezen. We worden gestuurd in alles, we kunnen eigenlijk niets zelf bepalen. Ook missen we de gezelligheid na de wedstrijd, een lekker biertje na een overwinning en het praten in de kantine over de wedstrijd met de supporters.
- Ik las dat je ook coach bent bij het korfbalteam van Nieuw-Zeeland, hoe is dat zo gekomen?
Vier jaar geleden ben ik gaan reizen. Ik had jaren gekorfbald en wilde de wereld gaan zien. In Nieuw-Zeeland heb ik korfbal contact gezocht en mocht ik gymlessen geven over korfbal. Ik heb daar de onder 19 selectie mogen trainen. Een echt selectieteam is destijds ontstaan en er was mij gevraagd of ik die selectie wilden trainen en coachen. Zo heb ik ook met Nieuw-Zeeland op het WK gestaan.
- Waar staat Nieuw-Zeeland ten opzichte van Nederland in het niveau?
Nieuw-Zeeland staat ver van Nederland vandaan. Nederland is natuurlijk een van de beste zo niet het beste nationale team. In Nieuw-Zeeland is er maar een team en geen competitie, de spelers kunnen het dus alleen hebben van onderlinge duels met andere omliggende landen. Als je landkaart een beetje kent weet je dat Nieuw-Zeeland weinig omliggende landen heeft, dus dat is echt heel lastig.
Door het gebrek aan wedstrijden is het lastig om in de buurt te komen van de top 10 landen. In Europa zijn er veel meer onderlinge wedstrijden, Nieuw-Zeeland speelt voornamelijk tegen Australië, China en Hong Kong.
De jeugd begint zich wel te ontwikkelen in Nieuw-Zeeland, maar korfbal heeft veel concurrentie van netball en basketbal, wat erg populaire sporten zijn. Korfbal is eigenlijk nog te klein om groot te worden in Nieuw-Zeeland. We proberen met de top 15 landen te concurreren, maar dat is wel ambitieus.
- Zijn er aspecten van de sport die je als coach anders ziet dan als speelster?
Als coach heb je meer overview, en als speler beleef je de momenten. Als speler voel je de wedstrijd, en de coach ziet het alleen. Daarin is de balans vinden erg belangrijk. Ik heb altijd al jeugdteams gecoacht en dat heeft me wel geleerd keuzes te maken. Zo heb ik ook meer respect voor de beslissingen van de coach, omdat ik dat ook moet doen bij de het team wat ik train.
In Nieuw-Zeeland heb ik naast mijn korfbal vrienden geen andere vrienden, en dat zijn juist de mensen die ik ook coach. Zo heb ik een van mijn beste vriendinnen in een belangrijk duel gewisseld. In the heat of the moment was ze daar uiteraard niet blij mee, maar na de wedstrijd is er niets meer aan de hand.
- Als je moet kiezen tussen speler of coach, wat zou dan je keuze zijn, en waarom?
Momenteel zou ik nog kiezen voor speler, maar mijn doel is wel om later op internationaal niveau te coachen. Zo lang ik nog goed dit niveau aan kan wil ik blijven spelen, maar later wil ik een groter aandeel hebben in het coachingsvak.
Interview door Jarno de Jongh